Bedrijfsleven bekijkt outsourcing in Bangladesh

   Computable

Een groep Nederlandse ondernemers kijkt naar mogelijkheden voor ict-uitbesteding naar Bangladesh. Vertegenwoordigers van vier bedrijven bezochten begin februari 2011 het ict-land in opkomst, onder wie een vertegenwoordiger van ict-dienstverlener Atos Origin. De zesdaagse reis werd georganiseerd door het International Trade Centre, van de Wereldhandelsorganisatie WTO en de Verenigde Naties. In Nederland werd de reis gefinancierd met geld van het Centrum voor Bevordering van Import uit Ontwikkelingslanden (CBI).

Het International Trade Centre stelde voor de deelnemende Nederlandse bedrijven een lijst op van veertig potentieel interessante bedrijven. De eerste dag in Bangladesh stond in het teken van speeddating, waarbij deelnemers bedrijven maximaal een half uur spraken. De dagen erna gingen de bezoekers langs bij interessante ondernemingen.

Bangladesh is één van de landen waar de offshore-industrie groeit. Het land is voor het eerst genoemd in de top dertig van bestemmingen in de jaarlijkse lijst van Gartner, een leidend onderzoeks- en consultancybureau in dit wereldje. Volgens het onderzoek blinkt Bangladesh vooral uit in kostenbesparing. Een programmeur verdient gemiddeld vijfduizend dollar per jaar. Voor tienduizend dollar staat er een manager een jaar lang aan het roer. Een schijntje in vergelijking met Nederlandse lonen en die in buurland India.

MRI-scans

Het deelnemende Nederlandse bedrijf Omnext levert een soort MRI-scans van software, om klanten te laten zien waar zich eventuele risico’s in de code bevinden. Bij een bezoek aan het kantoor van ict-bedrijf Spectrum zijn eigenaren Jaco de Vries en Frans van den Berg aangenaam verrast door de ontvangst. De vijf leidinggevenden van de slechts dertig werknemers tellende organisatie zitten klaar voor de ontvangst. Het gesprek duurt bijna twee uur, er is een rondleiding door twee gebouwen en er wordt ruim de tijd genomen voor een groepsfoto.

Ict-bedrijven in Bangladesh hebben maximaal 150 programmeurs in dienst, maar het merendeel is kleiner. Dit maakt het land zeer aantrekkelijk voor het midden- en kleinbedrijf. ‘De kleinschaligheid is aantrekkelijk’, vertelt De Vries in de taxi, die zich door het constante verkeersinfarct van de hoofdstad Dhaka een weg terug naar het hotel baant. ‘Ook als kleine partij word je serieus genomen en ligt de rode loper klaar. Als er iets misgaat in een project kunnen wij de ceo bellen om het te regelen. Voor India zijn wij te klein, dan krijg je deze aandacht en toewijding niet.’